artikel

Jan Pollet, een begrip binnen de BMH

Door Eva Anseeuw

Meneer Pollet, Meneer Jan, Jantje,… Voor vele kandidaten en huurders is Jan Pollet hét gezicht van de Brugse Maatschappij voor Huisvesting. Dat is ook niet gek, want met zijn 41 jaar dienst is hij de medewerker met de langste carrière bij de BMH.

Op 1/03/2021 komt een einde aan deze termijn, want dan gaat Jan Pollet in welverdiend pensioen. Nog voor hij het schip van Dienst Verhuur voorgoed verlaat, strikken we hem voor een interview.

 

Hoe en wanneer kwam je bij de Brugse Maatschappij voor Huisvesting terecht?

Na mijn studies vatte ik de toen verplichte legerdienst aan. Ik vervulde mijn dienstplicht bij de marine in Oostende. Toen het einde van m’n dienst naderde, besloot ik deel te nemen aan de toegangsexamens voor een job bij Stad Brugge, waarvoor ik slaagde. De BMH, waarvan Stad Brugge de grootste aandeelhouder was, was toen op zoek naar een bediende om de Maatschappij te versterken. Op 1 februari 1979 ‘zwaaide ik af’ uit het leger, en ’s anderendaags 2 februari 1979 om 8u30 startte mijn carrière bij de Brugse Maatschappij voor Huisvesting.

 

Hoe zag de Brugse Maatschappij er op dat moment uit?

Ondanks het feit dat de maatschappij toen reeds een 1000-tal woongelegenheden verhuurde, waren we met weinig medewerkers. De BMH bestond toen uit directeur Jan Dewitte, boekhouder Roland Moerman en bediende Robert Claeys. Ikzelf werd de 4e medewerker op de bureau. Onze technische dienst werd gevormd door Gustaaf Rotty en Robert Vandewalle. De toenmalige voorzitter van de Raad van Bestuur was Lucien Verstraete. Allemaal mannen dus… Nu is ons personeelsbestand echt wel ‘vervrouwelijkt’!

 

Welke grote, ingrijpende veranderingen binnen de BMH maakte je mee?

Vooral de uitbreiding van het aantal medewerkers van het moment van mijn indiensttreding tot op heden, is enorm. Daarnaast is ook de evolutie van de bureeluitrusting enorm geëvolueerd. In mijn eerste werkjaren bij de Brugse Maatschappij was er geen fax, geen kopieermachine, laat staan een computer. Het enige wat we toen hadden was een manuele typemachine, enkele rekenmachines, en vooral balpennen en veel papier... Ook de moderne communicatiemiddelen, zoals e-mails of smartphones, hebben een grote impact gehad om zaken vlotter en makkelijker te laten verlopen. Als ik vroeger op plaatsbezoek was in onze wijken, en ik moest vlug overleggen met een collega die op bureau was, dan moest ik zoeken naar een ‘telefoonkotje’ om die collega te kunnen contacteren. De gsm bestond toen nog niet. Dat zijn zaken die we ons in deze moderne tijd niet meer kunnen voorstellen.

Maar vooral de intrede van de computer, met al zijn toepassingen, heeft onze manier van werken énorm veel veranderd!

De wetgeving was vroeger ook al een moeilijk gegeven, maar als toen iets ‘wet’ werd, bleef dat meestal jaren ongewijzigd. Nu wijzigt de wetgeving ontzettend snel, soms wordt een nieuwe wet al na enkele maanden bijgestuurd, gewijzigd,… Het is niet simpel om dat dagdagelijks bij te houden.

 

De meeste kandidaten en huurders kennen jou als diensthoofd Verhuur, maar heb je nog andere functies gehad binnen de BMH?

Ik startte in 1979 als administratief bediende en werd in 1999 diensthoofd Verhuur. Tussenin was ik een klein jaar directeur ad interim, toen een vorige directeur onze maatschappij verliet, en het even wachten was tot de nieuwe aangeworven was. Ik hou er hierbij aan om mijn toenmalige collega’s te danken voor de héél positieve manier waarop zij zich toen hebben ingezet, en de Brugse Maatschappij verder goed lieten functioneren in een moeilijke overgangsfase.

 

Welk deel van je job zal je missen als je op pensioen bent?

Dat is een makkelijke vraag: de vele warme contacten met kandidaten, huurders en collega’s!

 

Met meer dan 40 jaar dienst zou je een boek kunnen schrijven vol memorabele situaties of momenten binnen de BMH zeker?

Er zijn er veel te veel om op te noemen! Als ik mij bepaalde situaties herinner, dan zijn heel wat van die gebeurtenissen onder te brengen onder de noemer ‘niet te geloven’. Zo woonde er ooit een oude verbitterde man in een woonst van ons. Hij wilde zijn spaarcenten na zijn dood aan niets of niemand schenken, ‘alles en iedereen’ was slecht, niemand verdiende volgens hem zijn spaargeld. Hij nam zijn spaargeld, zette zich in zijn (kleine) berging, stak zijn geld in brand, en stikte in de rook. Een paar dagen later stond er dan ook een artikel in de krant onder de titel: ‘Gestikt in de rook van zijn eigen geld…’

 

Heb je reeds bepaalde plannen voor als je in pensioen bent?

Zorgen voor, en tijd spenderen met mijn kleinkinderen. Er zijn ook wat huishoudelijke taken die wat achterstand hebben opgelopen en vooral ook veel fietsen!

 

Met welk gevoel ga je weldra in pensioen?

Ik ben eigenlijk ontzettend dankbaar en wil dit wel héél graag eens onderstrepen! Dankbaar voor de kansen die ik hier heb gekregen, voor de loopbaan die ik bij de Brugse Maatschappij heb kunnen doorlopen, en om mijn steentje te hebben kunnen bijdragen aan het realiseren van de doelstelling van onze maatschappij: kwaliteitsvol wonen tegen een betaalbare prijs! Aan mijn collega’s wens ik het allerbeste en onze huurders wens ik heel veel woongenot in hun woonst van de BMH.

 

 

In naam van de volledige BMH, willen we Jan een ontzettend fijn pensioen toewensen, hij zal zeker en vast worden gemist! Tot in den draai, Jan!